8.2.1 NPS-gebruik onder volwassenen
Let op: er zijn nieuwe kerncijfers over 3-MMC-gebruik in 2024, deze zijn te vinden in de Kerncijfertabel Leefstijlmonitor. De gegevens worden later dit jaar verwerkt in de NDM, wanneer ook de aanvullende analyses en significantie toetsen zijn uitgevoerd.
Hoeveel volwassenen gebruiken nieuwe psychoactieve stoffen?
In het kort: In 2023 had 1,3% van de Nederlandse volwassenen van 18 jaar en ouder in het laatste jaar 3-MMC gebruikt. In 2022 had 0,7% van de Nederlandse volwassenen van 18 jaar en ouder in het laatste jaar 2C-B gebruikt, 0,2% gebruikte in het laatste jaar 4-FA, en tussen de 0% en 0,5% van de Nederlandse volwassenen van 18 jaar en ouder in het laatste jaar ten minste één van de middelen 4-MMC, synthetische cannabis, MXE of 6-APB. Het gebruik van 3-MMC in het laatste jaar is in 2023 het hoogst onder mannen, 18-29-jarigen en hoogopgeleiden en volwassenen in (zeer) sterk stedelijke gebieden. Voor 2C-B zien we in 2022 een vergelijkbaar patroon.
Snel naar:
Bijna één op de tachtig volwassenen gebruikte in het laatste jaar 3-MMC
In 2023 had 2,1% van de Nederlandse volwassenen van 18 jaar en ouder ooit 3-MMC gebruikt, 1,3% gebruikte in het laatste jaar 3-MMC en 0,5% deed dit in de laatste maand.
Minder dan 1% van de volwassenen gebruikte in het laatste jaar 2C-B
In 2022 had 2,1% van de Nederlandse volwassenen van 18 jaar en ouder ooit 2C-B gebruikt, 0,7% gebruikte in het laatste jaar 2C-B en 0,1% deed dit in de laatste maand.
Minder dan 1% van de volwassenen gebruikte in het laatste jaar 4-FA
In 2022 had 1,4% van de Nederlandse volwassenen van 18 jaar en ouder ooit 4-FA gebruikt, 0,2% gebruikte in het laatste jaar 4-FA en 0,1% deed dit in de laatste maand.
Vanwege het kleine aantal gebruikers worden de gegevens over het gebruik van 4-FA niet verder uitgesplitst naar demografische subgroepen.
Minder dan 1% van de volwassenen gebruikte in het laatste jaar 4-MMC, synthetische cannabis, MXE en/of 6-APB
In 2022 had tussen de 0% en 0,5% van de Nederlandse volwassenen van 18 jaar en ouder in het laatste jaar één of meerdere van de volgende NPS gebruikt: 4-MMC, synthetische cannabis, MXE, 6-APB.
Vanwege het kleine aantal gebruikers worden de gegevens over het gebruik van deze middelen niet verder uitgesplitst naar demografische subgroepen.
Meer mannen dan vrouwen gebruiken 3-MMC en 2C-B
Het percentage volwassenen dat in het laatste jaar 3-MMC heeft gebruik is in 2023 hoger onder mannen (1,6%) dan onder vrouwen (1,0%). Ook voor 2C-B was in 2022 het percentage volwassenen dat in het laatste jaar dat middel heeft gebruikt hoger onder mannen dan onder vrouwen. Dit geldt ook voor het gebruik van beide middelen ooit in het leven.
Gebruik van 3-MMC en 2C-B komt het meest voor onder jongvolwassenen
Het gebruik van 3-MMC en 2C-B is het hoogst onder jongvolwassenen, daarna neemt het gebruik af met de leeftijd. Ter illustratie: onder 18-29-jarigen heeft 5,2% in het laatste jaar 3-MMC gebruikt in 2023, tegenover 0,9% van de 30-49-jarigen en 0,1% van de 50-plussers. Dit geldt ook voor het gebruik ooit in het leven.
Voor 2C-B zien we in 2022 een vergelijkbaar patroon.
3-MMC-gebruikers zijn gemiddeld 26,0 jaar oud; 2C-B-gebruikers zijn gemiddeld 28,4 jaar
De gemiddelde leeftijd van de volwassenen die in het laatste jaar 3-MMC hebben gebruikt was 26,0 jaar (SD=7,3) in 2023. Voor 2C-B ligt in 2022 de gemiddelde leeftijd van de volwassenen die in het laatste jaar dat middel hebben gebruikt op 28,4 jaar (SD=10,9).
Gebruik van 3-MMC en 2C-B komt het meest voor onder hoogopgeleiden
Het percentage volwassenen dat in het laatste jaar 3-MMC heeft gebruikt is in 2023 het hoogst onder hoogopgeleiden (2,1%) en het laagst onder laagopgeleiden (0,2%). Dit geldt ook voor het gebruik ooit in het leven.
We zien in 2022 voor 2C-B een vergelijkbaar patroon, maar voor het gebruik in het laatste jaar zijn de verschillen tussen laag- en middelbaar opgeleiden niet statistisch significant.
Er zijn geen verschillen in het gebruik van 3-MMC en 2C-B naar herkomst
In 2023 zijn er geen verschillen in het gebruik van 3-MMC (ooit, laatste jaar) tussen de verschillende herkomstgroepen.
Ook voor het gebruik van 2C-B in het laatste jaar zijn er in 2022 geen verschillen tussen de herkomstgroepen. Alleen het percentage volwassenen met een niet-Europese herkomst dat ooit in het leven 2C-B heeft gebruikt is lager dan onder volwassenen met een Nederlandse of een Europese herkomst.
Het gebruik van 3-MMC komt het meest voor in (zeer) sterk stedelijke gebieden
Het percentage volwassenen dat in het laatste jaar 3-MMC heeft gebruikt is in 2023 hoger onder volwassenen (zeer) sterk stedelijke gebieden (1,6%) dan onder volwassenen in matig (0,5%) stedelijke gebieden (1,2%). Maar alleen het verschil tussen volwassenen in (zeer) sterk stedelijke gebieden en volwassenen in matig stedelijke gebieden is statistisch significant. Voor het gebruik ooit in het leven zien we een vergelijkbaar patroon.
Voor 2C-B zien we in 2022 een iets ander patroon: het percentage volwassenen dat in het laatste jaar 2C-B heeft gebruikt is het hoogst onder volwassenen in (zeer) sterk stedelijke gebieden en matig stedelijke gebieden en het laagst onder volwassenen in weinig/niet stedelijke gebieden.
Gebruik van 3-MMC/4-MMC en 2C-B verschilt per regio
Uit de Gezondheidsmonitor Jongvolwassenen die werd gehouden onder 16-25-jarigen blijkt dat er regionale verschillen zijn in het gebruik van 3-MMC/4-MMC en 2C-B [1]. In 2024 werden de hoogste percentages 3-MMC/4-MMC-gebruik in de laatste 12 maanden gevonden in GGD-regio Groningen (16,5%) en GGD-regio Gelderland-Zuid (14,6%). 3-MMC/4-MMC werd het minst gebruikt in de GGD-regio Flevoland (5,1%) en Dienst Gezondheid & Jeugd ZHZ (6,6%). De hoogste percentages 2C-B-gebruik in de laatste 12 maanden werden gevonden in de GGD-regio Amsterdam (4,5%) en GGD-regio Groningen, Haaglanden en regio Utrecht (elk 2,8%). 2C-B werd het minst gebruikt in de GGD-regio Noord- en Oost-Gelderland (0,8%) en GGD-regio Drenthe (0,9%).
Aanvullende informatie
Bronnen
- 1.GGD’en, RIVM. Gezondheidsmonitor Jongvolwassenen 2024. https://www.monitorgezondheid.nl/gezondheidsmonitor-jongvolwassenen/2024. 2025.
Hoe te verwijzen
Nationale Drug Monitor, editie 2025. . . Geraadpleegd op: . Trimbos-instituut, Utrecht & WODC, Den Haag.