HomeCocaïne4.8 Aanbod en markt

4.8 Aanbod en markt

4.8.1 Samenstelling

Wat is de samenstelling van de cocaïne die wordt verkocht op de Nederlandse drugsmarkt?

In het kort: Van alle drugsmonsters die in 2023 waren ingeleverd bij de testlocaties, was één op de twintig verkocht als cocaïne. Dit is vergelijkbaar met 2022. Meer dan negen op de tien cocaïnemonsters bevatten ook echt cocaïne. Er komen steeds minder vervuilingen in cocaïne voor. In 2023 bevatte driekwart van alle als cocaïne verkochte drugsmonsters alleen cocaïne. Levamisol (een ontwormingsmiddel) is nog steeds het meest voorkomende versnijdingsmiddel.

Eén op de twintig ingeleverde drugsmonsters is verkocht als cocaïne

In 2023 werden 988 drugsmonsters ingeleverd die zijn verkocht als cocaïne. Dit is 5,2% van het totaal aantal drugsmonsters (19.109) dat werd ingeleverd bij de testlocaties. Daarmee ligt het aandeel cocaïnemonsters ongeveer op hetzelfde niveau als in 2022 (5,1%). In de afgelopen tien jaar lijkt het aandeel ingeleverde cocaïnemonsters wat af te nemen ​[1]​. Volgens het DIMS kan deze daling een indicatie zijn dat de populariteit van cocaïne wat afneemt. Maar cocaïnemonsters hebben ook een relatief grote kans om tijdens drukte niet geanalyseerd te worden. Dit kwam in 2023 ook voor. De monsters werden verkocht als cocaïne, maar dat betekent niet dat ze ook allemaal echt cocaïne bevatten.  

Meer dan negen op de tien cocaïnemonsters bevatten echt cocaïne

In 2023 bevatte het overgrote deel (94,3%) van de als cocaïne verkochte drugsmonsters ook echt cocaïne. Dit percentage is vergelijkbaar met voorgaande jaren. Het percentage schommelde de afgelopen tien jaar tussen de 97,1% (in 2016 en 2017) en 93,3% (in 2022).

Cocaïnemonsters in Nederland bevatten gemiddeld 72% cocaïne

In 2023 hadden cocaïnemonsters die bij testlocaties werden ingeleverd een gemiddeld cocaïnegehalte van 72,0%. De helft van alle ingeleverde cocaïne-monsters had een cocaïnegehalte tussen de 67% en 83%. Het theoretisch maximaal haalbare cocaïnegehalte in cocaïne-monsters is 89%. Dit is omdat cocaïne-poeder in zoutvorm wordt gebruikt, maar het DIMS uitslagen in de base-vorm rapporteert ​[1]​.

Cocaïnegehalte neemt op lange termijn toe

Het gemiddelde cocaïnegehalte in cocaïnemonsters in Nederland was in 2023 (72,0%) iets lager dan in 2022 (74,2%). In de afgelopen vijf jaar lijkt het gemiddelde cocaïne-gehalte licht te stijgen van 69,0% in 2019 naar 74,3% in 2022. In 2014 was het gemiddelde cocaïnegehalte in cocaïnemonsters nog 59,2% (niet in de figuur, zie jaarrapport DIMS).

Ook in de rest van Europa neemt het cocaïnegehalte in cocaïnemonsters toe. In 2022 lagen in de helft van de Europese landen de gemiddelde percentages tussen 64% en 76% ​[2]​.

Cocaïne wordt steeds minder vaak versneden met andere stoffen

De bij de testlocaties ingeleverde cocaïnemonsters bevatten steeds minder vaak andere stoffen dan cocaïne. In 2023 bestond bijna driekwart van de cocaïnemonsters waarin ook echt cocaïne zat (73,6%) uit alléén cocaïne. Ter vergelijking, in 2022 bevatte 64,1% van alle cocaïnemonsters alléén cocaïne, zonder vervuilingen. In 2014 was slechts 17,1% van alle cocaïnemonsters vrij van vervuilingen. Vergeleken met andere middelen zoals ecstasy of ketamine wordt cocaïne nog wel relatief vaak versneden met andere stoffen.

Cocaïne wordt nog steeds het vaakst versneden met levamisol

Als cocaïne met een andere stof is versneden, dan gaat het meestal om levamisol. Levamisol is een ontwormingsmiddel voor dieren. Wanneer iemand veel of vaak levamisol binnenkrijgt, kan dat gevaarlijk zijn (zie ook: Ziekte en sterfte/4.7.1). In 2023 bevatte 11,6% van de cocaïnemonsters waarin echt cocaïne zat ook levamisol. Het aandeel cocaïnemonsters met levamisol neemt over de jaren af. Ter vergelijking, in 2022 bevatte 26,4% van de cocaïnemonsters nog levamisol. In 2014 ging het om 73,6%.

In 2023 bestonden cocaïnemonsters waarin ook levamisol zat gemiddeld voor 14,0% uit levamisol. Dit is het hoogste percentage in de afgelopen tien jaar. Tussen 2014 en 2022 lag het percentage levamisol rond de 10%. Cocaïne met meer dan 10% levamisol brengt een grotere kans op gezondheidsrisico’s met zich mee.

Andere stoffen dan levamisol worden weinig aangetroffen in cocaïne-monsters

Wanneer cocaïne versneden is met een ander middel dan levamisol, dan gaat het meestal om procaïne, fenacetine of cafeïne. Respectievelijk 4,2%, 3,8% en 2,7% van de cocaïnemonsters waarin echt cocaïne zat, bevatte ook deze stoffen. Er zijn geen gegevens bekend over de concentratie van deze stoffen in deze cocaïnemonsters.

In iets meer dan één op de twintig (5,7%) van de als cocaïne verkochte drugsmonsters zat geen cocaïne. In deze drugsmonsters werd het vaakst ketamine (14,6%, 6 keer), cafeïne (12,2%, 5 keer) of MDMA (9,8%, 4 keer) gevonden. Waarschijnlijk gaat het hier om vergissingen van de verkoper. Er lijkt geen duidelijke vervangende stof te zijn die in plaats van cocaïne wordt verkocht.

Crack-cocaïne (basecoke) wordt nauwelijks ingeleverd bij testlocaties

In 2023 werden in totaal 18 monsters ingeleverd die waren verkocht als crack-cocaïne (basecoke). Dit is minder dan 0,1% van het totaal ingeleverde aantal drugsmonsters (19.910) bij het DIMS. Vanwege deze lage aantallen zijn er geen betrouwbare gegevens beschikbaar over de samenstelling van basecoke.

Monitoren van de illegale drugsmarkt

Het Drugs Informatie en Monitoring Systeem (DIMS) is een landelijk netwerk van drugstestlocaties. Het DIMS-netwerk bestaat uit 12 instellingen voor verslavingszorg en Stichting Mainline en wordt gecoördineerd vanuit het Trimbos-instituut. Het doel van het DIMS is het inzicht krijgen in de markt van illegale drugs. Consumenten kunnen anoniem hun drugs laten testen bij 32 testlocaties verspreid over heel Nederland. Het DIMS onderzoekt welke stoffen aanwezig zijn in deze ingeleverde drugsmonsters ​[1]​. Hiervoor worden verschillende analysemethoden gebruikt. Welke analysemethoden worden gebruikt hangt onder andere af van de vorm van het drugsmonster en de samenstelling. De meeste analyses worden gedaan in een extern laboratorium met GC-MS (gaschromatografie-massaspectrometrie) en LC-DAD (vloeistofchromatografie). Bepaalde poedermonsters en GHB kunnen soms ook direct op een aantal testlocaties of bij het DIMS-hoofdkantoor geanalyseerd worden met behulp van een FT-IR (Fourier-Transform-Infraroodspectroscopie). Een deel van de monsters in pil-vorm wordt op basis van bepaalde kenmerken, zoals logo, gewicht en diameter, herkend. 

Voorlichting en waarschuwingsfunctie

De testlocaties hebben een belangrijke voorlichtingsfunctie. Consumenten die drugs laten testen krijgen informatie over de effecten en risico’s van de ingeleverde drugs. Als er drugs in omloop zijn die een extra risico met zich meebrengen waarschuwt het DIMS landelijk, regionaal of lokaal, of via sociale media.

Meer informatie over het testen van drugs is te vinden op de website van het DIMS.

Europese drugsmarkt

Het EUDA (voorheen het EMCDDA) monitort de Europese drugsmarkt in samenwerking met Europol ​[2]​.

Aanvullende informatie

Bronnen

  1. 1.
    Hutten N, Smit-Rigter L. Jaarbericht 2023 Drugs Informatie en Monitoring Systeem (DIMS). Trimbos-instituut; 2024.
  2. 2.
    EMCDDA. European Drug Report 2024: Trends and Developments [Internet]. Luxemborug: Publications Office of the European Union; 2024. Available from: https://www.emcdda.europa.eu/publications/european-drug-report/2024_en

Hoe te verwijzen

    Nationale Drug Monitor, editie 2024. . . Geraadpleegd op: . Trimbos-instituut, Utrecht & WODC, Den Haag.