11.1 Over alcohol

Wat is alcohol?

Alcohol ontstaat uit het vergisten van granen en vruchten. Alcohol wordt gedronken in de vorm van bier, wijn, gedistilleerd of mixdrankjes. Een standaardglas bier (25 cl), wijn (10 cl) en borrel sterke gedistilleerde drank (3,5 cl) bevatten allemaal ongeveer 10 gram pure alcohol. In de praktijk wordt er echter vaak meer in een glas geschonken en bevat het glas daardoor meer alcohol dan een standaardglas. In de Alcoholwet worden alcoholhoudende dranken gedefinieerd als dranken die meer dan 0,5% alcohol bevatten, bij een temperatuur van 20 graden Celsius.

Voor alcoholvrije dranken bestaat geen eenduidige bij de wet vastgelegde definitie. Een aantal definities is wel in de wet vastgelegd, zo mag de term alcoholvrij bier uitsluitend worden gebruikt voor bier dat maximaal 0,1 volumeprocent alcohol bevat (zie: wetten.nl – Regeling – Alcoholwet – BWBR0002458). In de NDM hanteren wij de definitie van het Expertisecentrum Alcohol: alcoholvrije dranken zijn alcoholvrije varianten van dranken die normaal gesproken alcohol bevatten. Voorbeelden zijn alcoholvrij bier, alcoholvrije wijn en alcoholvrije cocktails (‘mocktails’).

Wat zijn de effecten van alcohol?

Alcohol werkt ontremmend en veroorzaakt een roes. Alcohol kan ontspannend werken en zorgen voor een goed humeur, maar ook een agressieve stemming versterken. Bij alcoholgebruik kunnen gewenning en tolerantie optreden en kan gebruik leiden tot een stoornis in het gebruik van alcohol (verslaving). Daarnaast behoort alcohol tot de belangrijkste risicofactoren voor ziekte en sterfte ​[1]​. Ook de maatschappelijke en sociale schade door alcoholgebruik is groot ​[2]​.

Op dit moment is nog niet duidelijk of de consumptie van alcoholvrije dranken ongewenste effecten heeft op niet drinkende minderjarigen en volwassenen. Mogelijk zorgt het voor gewenning aan de smaak van bier of het sneller beginnen aan het drinken van alcoholhoudende dranken. Lees meer hierover op de website van het Expertisecentrum Alcohol.

Aanvullende informatie